Onder tijdsdruk, in een emotionele rollercoaster en in een samengestelde groep maak je een unieke rouwkaart. Tekst speelt een belangrijke rol op de kaart. Welke schrijfwijze hanteer je? Formeel of juist informeel. Ons advies is: Kijk wat past bij je dierbare. De totale uitstraling van de kaart vertelt iets over haar of zijn manier van leven. En natuurlijk wil je geen tekstuele fouten op de kaart. We laten hieronder zien welke fouten het meest gemaakt worden:

1. Taal-, typ- en spelfouten

Correspondentie adres / correspondentieadres
Correspondentieadres is helemaal aan elkaar.

Is het plaatsvinden of plaats vinden?
Het werkwoord plaatsvinden schrijven we in één woord.
Ook de vervoegde vormen schrijven we in één woord, dus: ‘heeft plaatsgevonden’.
En bij de zin: ‘De crematie vindt plaats op donderdag…’ schrijf je vindt met dt.

2. Tijdnotatie

De juiste manier voor het aangeven van tijden op de kaart is: 11.30 u. Of 11.30 uur.
Het is dus niet nodig en zelfs fout wanneer je een dubbele punt, spatie of streepje gebruikt.

3. Gebruik van hoofdletters

De maanden van het jaar schrijf je in het Nederlands zonder hoofdletter!
De naam van de locatie wordt vaak met hoofdletter geschreven, dus: Crematorium ‘t Laar.
Wanneer je vervolgens over ‘het crematorium’ spreekt, is het zonder hoofdletter.

4. Verwarring

Echtgenoot of echtgenote
Is je man overleden dan is hij echtgenoot van…
Is je vrouw overleden dan is zij echtgenote van...

5. Niet vergeten!

Soms wordt een partner die lang geleden overleden is vergeten. Zijn naam of haar naam staat dan niet op de kaart. Je schrijft dan weduwnaar of weduwe van. Of je kiest voor echtgenoot of echtgenote van en plaatst een kruisje achter de naam.

En natuurlijk passen wij, als wij deze fouten spotten, de kaart gelijk aan of nemen we contact op met jullie. Hopelijk helpt dit lijstje een handje om de meest voorkomende fouten in ieder geval uit jullie kaart te halen.